Financiële middelen voor de ondersteuning van circulaire activiteiten, 2018-2025

In 2022 kenden de Rijksoverheid, provincies en EU 440 miljoen euro aan financiële steun toe aan circulaire projecten van bedrijven en instellingen. Dit gebeurde via subsidies en fiscale regelingen van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). Er is sprake van een aanzienlijke toename van steun voor circulaire projecten ten opzichte van 2018 en 2020 (respectievelijk 236 miljoen en 295 miljoen euro). Ook in relatieve zin is de hoeveelheid steun van de overheid voor circulaire projecten gestegen van 7 procent in 2018 en 9 procent in 2020 naar 14 procent in 2022. Voor de periode na 2022 zijn nieuwe, aanvullende subsidie-instrumenten geïnventariseerd voor de circulaire economie, met een potentieel budget van zo’n 480 miljoen euro voor 3 jaar. 

Financiële steun voor circulaire activiteiten 

Tabel 1 Financiële steun voor circulaire activiteiten vanuit subsidies, fiscale regelingen en investeringen via RVO, in miljoen euro, in de jaren 2018, 2020 en 2022
 

2018 

2020 

2022 

Subsidies  

167 

217 

301 

WSBO (fiscale bijdrage) 

36 

55 

68 

MIA\Vamil 

34 

22 

71 

Totaal aan subsidies  

en fiscale bijdragen 

236 

295 

440 

Aandeel circulair  

7% 

9% 

14% 

 Bron: RVO 2022; RVO 2024   

Het Rijk, de provincies en de EU besteden van 2018 tot 2022 via RVO 440 miljoen euro aan circulaire projecten van bedrijven en instellingen. Het merendeel van deze financiële steun betrof subsidies (301 miljoen euro). Naast de subsidies is er ook 138 miljoen euro aan fiscale vrijstelling gegeven aan circulaire innovatie en circulaire investeringen. Dit gebeurde via de Wet bevordering speur- en ontwikkelingswerk (WBSO), de Milieu-investeringsaftrek en de Willekeurige afschrijving milieu-investeringen (MIA\Vamil). 31 procent van het totale MIA\Vamil-budget en 5 procent van het WBSO-budget was bestemd voor circulaire projecten. Aangezien de WBSO beschouwd kan worden als een indicator van de thema’s waar innoverend Nederland mee bezig is, laat dit zien dat innovatie gericht op de circulaire economie nog niet boven aan de agenda van bedrijven staat.  
 
De meeste circulaire projecten die financiële steun ontvingen van de overheid, waren gericht op recycling,onderzoek en innovatie. Er ging minder financiële steun naar circulaire projecten die zijn gericht op andere circulaire strategieën en op marktvorming. Dit is essentieel om circulaire activiteiten op te schalen. De meeste financiële regelingen zijn breder van opzet dan alleen steun voor circulaire projecten. Gemiddeld ging in 2022 14 procent van alle steun (subsidies en fiscale voordelen) naar circulaire-economie-gerelateerde projecten. Alleen de financiële steun voor Circulaire ketenprojecten (CKP) en de Kennis en Innovatie-agenda – Circulaire Economie (KIA-CE) zijn voor 100 procent op circulaire economie gericht. Het gaat hierbij om een relatief klein budget van respectievelijk 4,8 miljoen en 3,5 miljoen euro (RVO 2024).  

CE-projecten naar de innovatiefase in 2022 

Innovatie bestaat grofweg uit zes fases: fundamenteel onderzoek, toegepast onderzoek, haalbaarheidsonderzoek, productontwikkeling, demonstratie en marktformatie. Al deze fases zijn nodig om een innovatie op de markt te brengen. De RVO hield bij in welke innovatiefase alle projecten zich bevonden waarvoor in 2022 subsidie werd aangevraagd (zie tabel 2)., Het valt op dat verreweg de meeste circulaire projecten gericht zijn op haalbaarheidsonderzoek en in mindere mate productontwikkeling (zie tabel 2). De 37 circulaire projecten in de demonstratiefase zijn in aantal relatief beperkt, maar zijn qua budget duidelijk omvangrijk. Er gaat relatief weinig geld naar het kleine aantal projecten in de eerste (fundamenteel onderzoek) en laatste fase (marktformatie) van innovatie. Bij de cijfers in de onderstaande tabel moet opgemerkt worden dat geen informatie op projectniveau beschikbaar is voor de WBSO en het Innovatiekrediet, waardoor een classificatie naar innovatiefase voor deze financiële beleidsinstrumenten niet mogelijk is.  

Tabel  2 Onderverdeling CE-projecten naar innovatiefase in 2022   
Innovatiefase 

Totaal subsidiebedrag 

(miljoen € ) 

Aantal 

projecten 

Gemiddeld subsidiebedrag 

(miljoen € ) 

Fundamenteel onderzoek 5,9 13 0,49 
Toegepast onderzoek 29,2 69 0,52 
Haalbaarheidsonderzoek 50,1 309 0,18 
Productontwikkeling 69,2 105 0,66 
Demonstratie 74,5 37 1,99 
Marktformatie 3,1 0,71 

Bron: RVO 2024   

Nieuwe CE-gerelateerde subsidie-instrumenten na 2022 

Om de nationale transitie naar een circulaire economie te ondersteunen, worden de komende jaren diverse nieuwe subsidie-instrumenten geïntroduceerd voor bedrijven en instellingen. Het potentiële budget hiervoor is zo’n 345 miljoen euro voor 3 jaar. Deze regelingen zijn vooral gericht op innovatie en het bevorderen van duurzaam materiaalgebruik. Veel nieuwe CE-regelingen komen voort uit groeifondsen, zoals Circular Plastics NL, BioBased Circular (BBC), Material Independence & Circular Batteries (MICB), Groenvermogen NL en NGF Solar NL. De laatste heeft als doel om samen met een uitgebreid consortium van Nederlandse zonne-energiebedrijven en onderzoeksinstellingen binnen enkele jaren meerdere fabrieken op te richten voor de productie van circulaire, hoogrendementszonnepanelen. 

Hieronder zijn de regelingen ter bevordering van een circulaire economie weergegeven voor zover de informatie hierover in december 2024 openbaar is. Niet opgenomen zijn de nieuwe regelingen die vanaf 2025 worden aangekondigd en opengesteld. Voor SolarNL is in tabel 3 een bijdrage van € 135.000.000  voor Fase 1 opgenomen. Daarnaast is voor deze regeling in Fase 2 (tussen 2024-2032 ) € 277.000.000 voorwaardelijk toegekend . 

Tabel 3 Nieuwe CE-gerelateerde subsidie-instrumenten na 2022
Instrument Aandachtsgebied Budget 
(miljoen € ) 
2023   
Subsidie Circular Plastics NL (CPNL) Recycling van plastics, o.a. karakterisatie-technologieën, voorbehandelings- en sorteertechnieken 47,2 
Nationale aanpak BioBased bouwen Stimuleren bouwmaterialen gemaakt uit biogebaseerd vezel/hout 25,0 
NGF Solar NL Ontwikkeling en grootschalige productie van circulaire geïntegreerde zonnecellen en -panelen van Nederlandse bodem 135 
2024   
MOOI-BioBased Circular Onderzoek en ontwikkeling van biogebaseerd kunststoffenketens in o.a. bouw en verpakkingen 20,0 
Witte Vlekken-regeling Het uitvoeren van een Levenscyclus Analyses (LCA), t.b.v een categorie 1 milieuverklaring €2.500,00 per LCA 

Omschakeling naar  

circulaire plastics 

Ondersteuning voor plasticverwerkers bij de integratie van gerecyclede of biobased polymeren 6,0 
EKOO-KIA-CE Ontwikkeling van circulaire producten en diensten binnen maakindustrie en consumptiegoederenindustrie 2,5 
Ketendoorbraakprojecten Ondersteuning ketenregie uitvoeringsfase projecten met bestaande consortia van ketenpartners n.v.t. 
SPUK KCI (Specifieke Uitkering Klimaatneutrale en Circulaire Infrastructuurprojecten) CO₂-reductie en circulariteit in infrastructuurprojecten van gemeenten en provincies 9,0 
IMKE (Investeringssubsidie Maakindustrie Klimaatneutrale Economie) Productielijnen voor elektrolysers, batterijen en zonnepanelen, inclusief recycling van kritieke grondstoffen 95,0 
Subsidieregeling Circulaire Batterijen (SCB) Vergoeding van kosten voor innovatieprojecten ter verbetering en ontwikkeling van duurzame batterijen 95,0  
(4 budgetten) 
2025  

  

EKOO-BioBased Circular Kleinschalige biobased polyesterprojecten, met kortere looptijd en lagere vereisten dan MOOI-BioBased Circular 2,5 
EKOO-Circular Plastics Stimuleren van plastic voor CE-toepassingen (zonder of geen hoge eisen) met inzet van ten minste 25 procent recyclaat of biogebaseerd plastic 4,0 
CIO (Circulaire Implementatie en Opschaling) Grootschalige circulaire projecten voor hergebruik, CO₂-reductie en recycling in de consumptiegoederensector 9,6 
Voortzetting Subsidie Circular Plastics (CPNL) Recycling van plastics, o.a. karakterisatietechnologieën, voorbehandelings- en sorteertechnieken 30 
Totaal over 3 jaar  ca 345,8 miljoen 

Bron: RVO 2024   

Een meerderheid van bovenstaande subsidies zijn volledig gericht op circulariteit. Daarnaast zijn er ook regelingen waarin deels ruimte is voor circulariteit (IMKE en SolarNL). Een voorbeeld hiervan is de subsidieregeling Maritieme Innovatieprojecten, die in 2024 van start is gegaan met circulariteit als deelthema om slimme, digitale, modulaire en circulaire scheepsbouw (door) te ontwikkelen. Voor een meer uitgebreide beschrijving per instrument verwijzen we naar de publicatie Monitoring transitie naar een circulaire economie op basis van overheidsondersteuning over het jaar 2022 (RVO 2024). 

Bronnen  

Relevante informatie